Voedingsbegeleiding

Voedingsbegeleiding

Een kPNI-therapeut probeert de gezondheid te optimaliseren door middel van leefstijladvies gericht op onder andere voeding, beweging en gebruik van voedingssupplementen. De therapeut gaat bij chronische klachten op zoek naar de positieve en negatieve effecten van voeding(stoffen) op de gezondheid. Voeding kan immers opbouwen, maar ook afbreken.

Bij chronische klachten zijn standaardadviezen vaak niet (meer) toereikend. Een persoon volgt bijvoorbeeld de schijf van vijf, maar heeft toch klachten. Een kPNI-therapeut geeft daarom advies op maat. Dat wil zeggen dat er niet protocollair wordt behandeld. Wat voor de één goed kan werken, kan bij de ander klachten veroorzaken.

De doelstelling van de therapeut is om vitaliteit te bereiken. Gezondheid is immers niet hetzelfde als de afwezigheid van ziekte. Veel mensen beschouwen zichzelf als gezond, ondanks dat ze klachten ervaren van bijvoorbeeld hun hoge bloeddruk, eczeem, darmklachten of bijholte-ontstekingen. Toch zijn dit symptomen van onbalans: het lichaam slaagt er niet in een gezond evenwicht te bereiken. Vaak is het immuunsysteem daarbij chronisch actief.

Gezondheid gaat gepaard met vitaliteit en levenslust. Er is dan geen sprake van degeneratie van gewrichten, bloedvaten en hersenen. Geen pijn. Geen medicatie.

Veel klachten vloeien voort uit laaggradige ontstekingen. Voeding speelt een belangrijke rol. Een leeuw eet vlees, een gorilla eet vooral takken, bladeren en fruit. Voeding is vaak soortspecifiek. Een mens is een zogenaamde omnivoor. Daarom hebben we het gevoel dat we ook alles kunnen eten. Maar is dat zo, en wat is nu specifiek ‘menseneten’?

Een kPNI-therapeut kijkt naar de voedingswensen van ons als mens, maar ook naar dat van onze weefsels:

  • Welke voedingsstoffen hebben onze hersenen nodig om goed te kunnen functioneren?
  • Hoe zit dat met onze hart- en bloedvaten, botten en kraakbeen?
  • Hoe houd je je huid, haar en nagels mooi en gezond?
  • Wat heeft de lever nodig om optimaal te kunnen functioneren?
  • Wat moet je eten voor een gezonde hormonale huishouding?
  • Welke voedingsstoffen zijn juist funest voor onze organen?
  • Welke stoffen brengen ontstekingsreacties in ons lichaam teweeg?

Door te kijken naar de klachten, maar ook naar symptomen binnen andere systemen van het lichaam krijgt de therapeut een goed beeld van welke systemen bijdragen aan de klacht. En met welke (voedings)interventies hij weer een gezond evenwicht kan creëren.

Voorbeeld van hoe een behandeltraject kan verlopen:

Marijke heeft chronische vermoeidheid sinds haar tweede zwangerschap. Ze is 10 kilo aangekomen en krijgt het er niet meer af. Bij navraag heeft ze ook koude handen en voeten en groeit haar haar niet meer snel en het is breekbaar. Ook heeft ze een droge huid, last van prikkelbare darmen en haar concentratie is niet meer zoals vroeger. De therapeut vermoedt dat de schildklier niet optimaal functioneert, maar uit regulier onderzoek blijkt dat haar TSH- en T4-waarden binnen de referentie vallen. De therapeut vraagt een uitgebreider onderzoek aan waarbij ook naar andere schildklierwaarden zoals rT3 en T3 wordt gekeken, naar chronische ontstekingen en enkele nutriënten waaronder een 24-uurs-urine-onderzoek om de jodiumstatus in kaart te brengen. De jodium blijkt verlaagd te zijn: een belangrijk element voor de aanmaak van schildklierhormoon, maar ook voor hersen- en leverfuncties. Daarnaast heeft ze een lage status van vitamine D en omega 3-vetzuren en blijken er lichte ontstekingen aanwezig te zijn.

Hoewel er voldoende schildklierhormoon wordt geproduceerd is het inactief rT3 hormoon te hoog waardoor het actieve hormoon als het ware wordt gedwarsboomd. Dit kan gebeuren bij stress, ontstekingen of infecties. Als oorzaak vermoedt de therapeut te hoge hoeveelheden van ongunstige bacteriën in de darm. Het immuunsysteem kan niet optimaal functioneren door de lage vitamine D en omega 3-spiegels. Tevens zijn deze voedingsstoffen nodig voor een goede werking van de receptor voor het schildklierhormoon.

Marijke neemt enkele supplementen om deze tekorten aan te vullen en gaat met voedingsadviezen aan de slag om haar darmflora te verbeteren. Ze krijgt steeds meer energie, waardoor ze op een gegeven moment weer meer zin krijgt om te gaan sporten. Samen met de therapeut gaat ze aan de slag met enkele oefeningen om haar spiermassa te vergroten. Het voedingsplan wordt wat aangepast zodat de focus komt te liggen op het optimaliseren van de vetverbranding. Doordat er nu geen ontstekingen meer zijn en het rT3 niet meer is verhoogd staat het lichaam vetverbranding weer toe. Marijke merkt dat ze gestaag gewicht verliest en dat ook haar huid en haar er beter uit gaan zien. Ze heeft geen last meer van haar darmen en kan elke ochtend naar het toilet.

Praktijk

Maak een afspraak

of vraag meer informatie aan


Wij zijn aangesloten bij de beroepsvereniging MBOG en kwaliteitsregister RBCZ.

Loading...
Loading...
Loading...

Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipisicing elit. Dolore, velit?

ok

Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipisicing elit. Dolore, velit?

okannuleren

Dummy popup

Loading...
Image

Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit, sed do eiusmod tempor incididunt ut labore et dolore magna aliqua.